Trade mark applications in bad faith: righting wrong in Denmark and why the Benelux is next external link

Journal of Intellectual Property Law & Practice, num: 2, pp: 118-122, 2014

Industriële eigendom, Merkenrecht

Bibtex

Article{nokey, title = {Trade mark applications in bad faith: righting wrong in Denmark and why the Benelux is next}, author = {Tsoutsanis, A.}, url = {http://ssrn.com/abstract=2396180}, year = {0328}, date = {2014-03-28}, journal = {Journal of Intellectual Property Law & Practice}, number = {2}, keywords = {Industriële eigendom, Merkenrecht}, }

Merkenopposities in de Benelux external link

pp: 270-283, 2014

Abstract

In dit deel uit de bekende Tekst & Commentaar serie gaat de auteur in detail in op de merkenoppositie in de Benelux. Hoe instellen, waar indienen en op welke juridische basis, zijn bijvoorbeeld een aantal vragen die in dit deel aan de orde komen. Het commentaar volgt de wettelijke structuur van het Benelux Verdrag inzake de Intellectuele Eigendom. Naast de Benelux oppositie vergelijkt de auteur ook andere deelterreinen: nietigheidsprocedure bij de overheidsrechter op (dezelfde) relatieve gronden, opposities tegen Internationale Merkaanvragen en de OHIM oppositie procedure.

Industriële eigendom, Merkenrecht

Bibtex

Other{nokey, title = {Merkenopposities in de Benelux}, author = {Tsoutsanis, A.}, url = {http://ssrn.com/abstract=2336671}, year = {0109}, date = {2014-01-09}, abstract = {In dit deel uit de bekende Tekst & Commentaar serie gaat de auteur in detail in op de merkenoppositie in de Benelux. Hoe instellen, waar indienen en op welke juridische basis, zijn bijvoorbeeld een aantal vragen die in dit deel aan de orde komen. Het commentaar volgt de wettelijke structuur van het Benelux Verdrag inzake de Intellectuele Eigendom. Naast de Benelux oppositie vergelijkt de auteur ook andere deelterreinen: nietigheidsprocedure bij de overheidsrechter op (dezelfde) relatieve gronden, opposities tegen Internationale Merkaanvragen en de OHIM oppositie procedure.}, keywords = {Industriële eigendom, Merkenrecht}, }

Annotatie bij het Hof van Justitie EG 23 oktober 2003 ((Adidas-Salomon AG, voorheen Adidas AG, Adidas Benelux BV/Fitnessworld Trading Ltd)) external link

IER, num: 1, pp: 53-58, 2004

Industriële eigendom, Merkenrecht

Bibtex

Case note{nokey, title = {Annotatie bij het Hof van Justitie EG 23 oktober 2003 ((Adidas-Salomon AG, voorheen Adidas AG, Adidas Benelux BV/Fitnessworld Trading Ltd))}, author = {Kabel, J.}, url = {http://www.ivir.nl/publicaties/download/AnnotatieAdidas.IE2004-1.pdf}, year = {0309}, date = {2004-03-09}, journal = {IER}, number = {1}, keywords = {Industriële eigendom, Merkenrecht}, }

Annotatie bij het Hof van Justitie EG, 6 november 2003 ((Piergiorgio Gambelli e.a/Italië)) external link

IER, num: 1, pp: 61-69, 2004

Industriële eigendom, Merkenrecht

Bibtex

Case note{nokey, title = {Annotatie bij het Hof van Justitie EG, 6 november 2003 ((Piergiorgio Gambelli e.a/Italië))}, author = {Kabel, J.}, url = {http://www.ivir.nl/publicaties/download/AnnotatieGambelli.IER2004-1.pdf}, year = {0309}, date = {2004-03-09}, journal = {IER}, number = {1}, keywords = {Industriële eigendom, Merkenrecht}, }

Annotatie bij Hof van Justitie EG 7 januari 2004 ((Gerolsteiner Brunnen / Putsch)) external link

IER, num: 2, pp: 150-153, 2005

Abstract

In een conflict tussen twee overeenstemmende merken voor dezelfde waren, is gebruik als merk van het conflicterende teken geen doorslaggevende beoordelingsfactor, indien het conflicterende merk een (erkende) herkomstaanduiding betreft. Artikel 6 lid 1 van Richtlijn 89/104/EEG geeft slechts één beoordelingscriterium voor de verbodsbevoegdheid van de merkhouder, namelijk of het gebruik van de geografische aanduiding in overeenstemming is met de (nationale) eerlijke gebruiken in handel en nijverheid. De nationale rechter dient daarbij alle omstandigheden van het geval te betrekken.

Industriële eigendom, Merkenrecht

Bibtex

Case note{nokey, title = {Annotatie bij Hof van Justitie EG 7 januari 2004 ((Gerolsteiner Brunnen / Putsch))}, author = {Kabel, J.}, url = {http://www.ivir.nl/publicaties/download/annotatie_ier_2004_2.pdf}, year = {0617}, date = {2005-06-17}, journal = {IER}, number = {2}, abstract = {In een conflict tussen twee overeenstemmende merken voor dezelfde waren, is gebruik als merk van het conflicterende teken geen doorslaggevende beoordelingsfactor, indien het conflicterende merk een (erkende) herkomstaanduiding betreft. Artikel 6 lid 1 van Richtlijn 89/104/EEG geeft slechts één beoordelingscriterium voor de verbodsbevoegdheid van de merkhouder, namelijk of het gebruik van de geografische aanduiding in overeenstemming is met de (nationale) eerlijke gebruiken in handel en nijverheid. De nationale rechter dient daarbij alle omstandigheden van het geval te betrekken.}, keywords = {Industriële eigendom, Merkenrecht}, }

Annotatie bij Hof Amsterdam 30 september 2004 ((T-Mobile / ID&T Mobile)) external link

IER, num: 1, pp: 41-43., 2005

Abstract

Bij de beoordeling van verwarringsgevaar dient niet beslissend te zijn de door de inbreukmaker zelf gebezigde uitingen, maar komt het aan op het normale gebruik van het teken. Het hof kan dan ook voorbijgaan aan marktonderzoek dat uitsluitend gebaseerd is op de website en op commercials van de inbreukmaker.

Industriële eigendom, Merkenrecht

Bibtex

Case note{nokey, title = {Annotatie bij Hof Amsterdam 30 september 2004 ((T-Mobile / ID&T Mobile))}, author = {Kabel, J.}, url = {http://www.ivir.nl/publicaties/download/IER2005_1_TMobile.pdf}, year = {0406}, date = {2005-04-06}, journal = {IER}, number = {1}, abstract = {Bij de beoordeling van verwarringsgevaar dient niet beslissend te zijn de door de inbreukmaker zelf gebezigde uitingen, maar komt het aan op het normale gebruik van het teken. Het hof kan dan ook voorbijgaan aan marktonderzoek dat uitsluitend gebaseerd is op de website en op commercials van de inbreukmaker.}, keywords = {Industriële eigendom, Merkenrecht}, }

Annotatie bij Vzngr. Rb. ‘s-Gravenhage 12 november 2004 ((Pretium Telecom / Yiggers Nederland)) external link

IER, num: 2, pp: 118-121, 2005

Abstract

Gebruik van merk en handelsnaam van een ander als zoekwoord niet op zichzelf onrechtmatig, maar wel indien aan zoekwoord advertentie van die gebruiker wordt gekoppeld. Het niet onder eigen naam doen van mededelingen over de concurrent is onrechtmatig. Waarschuwingen met betrekking tot aanbod van concurrent niet onrechtmatig indien de gemaakte vergelijking verder inhoudelijk juist is.

Industriële eigendom, Merkenrecht

Bibtex

Case note{nokey, title = {Annotatie bij Vzngr. Rb. ‘s-Gravenhage 12 november 2004 ((Pretium Telecom / Yiggers Nederland))}, author = {Kabel, J.}, url = {http://www.ivir.nl/publicaties/download/annotatie_ier_2005_2.pdf}, year = {0706}, date = {2005-07-06}, journal = {IER}, number = {2}, abstract = {Gebruik van merk en handelsnaam van een ander als zoekwoord niet op zichzelf onrechtmatig, maar wel indien aan zoekwoord advertentie van die gebruiker wordt gekoppeld. Het niet onder eigen naam doen van mededelingen over de concurrent is onrechtmatig. Waarschuwingen met betrekking tot aanbod van concurrent niet onrechtmatig indien de gemaakte vergelijking verder inhoudelijk juist is.}, keywords = {Industriële eigendom, Merkenrecht}, }

Annotatie bij Vzr. Rb. Arnhem 16 augustus 2006 ((KPN / UPC)) external link

IER, num: 5, pp: 281-285, 2007

Abstract

Gebruik van het merk van een ander in vergelijkende reclame vergt volgens deze uitspraak onderzoek naar noodzaak dat merk te noemen. Indien die noodzaak ontbreekt, is er geen sprake van een geldige reden in de zin van artikel 13a, lid 1 sub d. BNW en sprake van onrechtmatig gebruik van het merk in de zin van artikel 6:194a BW. Het simpele feit dat een adverteerder vergelijkende reclame maakt, is volgens annotator echter voldoende noodzaak om het merk van de concurrent te noemen. Afzonderlijk onderzoek naar de noodzaak is dan dus niet vereist. Een rechter die dat wel doet, zet de richtlijn op zijn kop. Dat betekent ook dat voor een afzonderlijk onderzoek naar het bestaan van een geldige reden in het merkenrecht in zaken van vergelijkende reclame geen plaats behoort te zijn.

Industriële eigendom, Merkenrecht

Bibtex

Case note{nokey, title = {Annotatie bij Vzr. Rb. Arnhem 16 augustus 2006 ((KPN / UPC))}, author = {Kabel, J.}, url = {http://www.ivir.nl/publicaties/download/annotatie_ier_2006_5.pdf}, year = {0525}, date = {2007-05-25}, journal = {IER}, number = {5}, abstract = {Gebruik van het merk van een ander in vergelijkende reclame vergt volgens deze uitspraak onderzoek naar noodzaak dat merk te noemen. Indien die noodzaak ontbreekt, is er geen sprake van een geldige reden in de zin van artikel 13a, lid 1 sub d. BNW en sprake van onrechtmatig gebruik van het merk in de zin van artikel 6:194a BW. Het simpele feit dat een adverteerder vergelijkende reclame maakt, is volgens annotator echter voldoende noodzaak om het merk van de concurrent te noemen. Afzonderlijk onderzoek naar de noodzaak is dan dus niet vereist. Een rechter die dat wel doet, zet de richtlijn op zijn kop. Dat betekent ook dat voor een afzonderlijk onderzoek naar het bestaan van een geldige reden in het merkenrecht in zaken van vergelijkende reclame geen plaats behoort te zijn.}, keywords = {Industriële eigendom, Merkenrecht}, }

Marks, Forfeiture and a Constitutional Conundrum external link

World Trademark Review, num: 18, pp: 15-17, 2009

Industriële eigendom, Merkenrecht

Bibtex

Article{nokey, title = {Marks, Forfeiture and a Constitutional Conundrum}, author = {Ramalho, A.}, url = {http://www.ivir.nl/publicaties/download/WTR_18%20Forfeiture.pdf}, year = {0915}, date = {2009-09-15}, journal = {World Trademark Review}, number = {18}, keywords = {Industriële eigendom, Merkenrecht}, }